Terug: Zweven en laten zweven
Vorige pagina: Rijnleeuwerik
Volgende pagina: Als het leven zelf
Date: Sep 29'94, 09:52
From: FG
Gisteren was de vergadering van de toekomstige gebruikersvereniging, geleid door het (voorlopig) bestuur van een (nog op te richten) stichting die in de toekomst Terlet moet gaan beheren. Ik mag meerijden in de auto van Æ milie, die ik onderweg wat beter leer kennen. Je zou haar een typische `vliegende vrouw' kunnen noemen: nuchter, kordaat en individualistisch. Ze werkt als verpleegkundige en in haar vrije tijd geeft ze zweefvlieginstructie: elk jaar begeleidt ze een club studenten op zweefvliegkamp, afgelopen zomer deed ze dat in Tsjechië.
Zo prachtig als het vliegbedrijf is, zo wankel is de organisatorische basis. De moederorganisatie, KNVvL, lijkt me een oud, statig, wat star bestuurslichaam. Het Aero-Journaal levert een mooi voorbeeld op. De redactie van de luchtvaartclub spreekt troonrede-taal:
`De redactie hoopt echter wel, dat dit precedent uiteindelijk mede aanleiding zal zijn tot het op gang brengen van de discussie, of wellicht de verschijningsdata en de informatie, van zowel de afdelingsbladen als van Aero-Journaal, wellicht op een zodanige wijze op elkaar kunnen worden afgestemd, dat de leden aan het begin van elke maand, om en om, hetzij het Aero-Journaal, hetzij hun afdelingsblad ontvangen. Eerst dan zal er binnen onze vereniging niet alleen sprake zijn van een optimale en uitermate efficiënte aanwending van de door de leden betaalde (contributie)gelden voor KNVvL-publicaties (in die constructie immers hoeft het Aero-Journaal slechts zesmaal per jaar uit te komen), maar het zal tevens een positieve werking hebben op de saamhorigheid en de solidariteit binnen de vereniging, doordat de redacties van binnen de KNVvL uitgegeven bladen in nauwer contact met elkaar zullen staan, waardoor niet alleen de berichtgeving, maar wellicht ook de advertentiewerving, op een meer geïntegreerde wijze voor alle bladen tegelijk kan plaatsvinden.'
Niet bepaald een `efficiënte aanwending' van het geschreven woord, maar waarschijnlijk wel een goede afspiegeling van de stijl van besturen. Aan de tekst zou je zeggen dat het zich allemaal 50 jaar geleden afspeelt, maar er doemen problemen op van hedendaagse proporties.
Het KNVvL wil zo snel mogelijk af van haar Nationaal Zweefvliegcentrum. Dit NZC was ooit een goed gesubsidieerde parel in de kroon, maar is een blok aan het been geworden. De verplichtingen aan het personeel zijn zwaar en de toekomst is onzeker. Nieuwe milieu-eisen zullen het vliegbedrijf ingrijpend doen veranderen.
De verzelfstandiging van Terlet was gepland op 15 september 1994 en heeft slechts in zekere zin plaatsgevonden: er was maar één partij bij aanwezig. Het KNVvL-hoofdbestuur kwam voorrijden, tekende wat meegebrachte stukken, nam plechtig afscheid van het personeel en verdween aan de horizon. De zaak is daarmee overgedragen. Aan wie, dat is de vraag. Kortom: wie niet op deze vergadering aanwezig was, heeft wat gemist, maar wie er wel was, miste ook iets.
De gemiddelde leeftijd van de aanwezigen gisteravond was overigens hoog: bijna niemand onder de 35 jaar, de meesten ruim boven de 55. Op de strip viel het me tot nog toe niet op, maar ook daar is de meerderheid veteraan.
Op een enquêteformulier kon iedereen zijn oordeel en wensen ten aanzien van de toekomst van Terlet aangeven. De keuze was tussen meer of minder eenzitters, duurdere antieke dan wel moderne toestellen of een simpele en goedkopere vloot. Het is alsof we op de Titanic varen, er begint verontrustend veel water tussen de tafels van de eetzaal door te stromen maar we richten onze aandacht op de menukaart: nemen we de goedkope, voedzame dagschotel of gaan we verrukkelijk smikkelen van de chef zijn specialiteiten?
Ik ben benieuwd of er over vijf jaar nog een Terlet is. In elk geval zal het er heel anders uitzien en wordt me nu een blik gegund in een wereldje dat vergaat.