[home]  [index] gifupgif gif

Terug: Zweven en laten zweven
Vorige pagina: Aviataal
Volgende pagina: De eerste meteowet van Groeneveld


Final approach


 
Date: Oct 08'94, 21:00 From: Rich Carr

From: rjc@csn.org (Rich Carr ) (Rich Carr beschreef in een Engelstalig berichtengebied voor zweefvliegers het gevaar dat beginnende vliegers over zichzelf kunnen brengen door bij sterke wind de vliegrichting verkeerd te interpreteren, en dit te `corrigeren' door verkeerde dingen te doen met het richtingsroer (dat met de voeten wordt bediend). Ik vroeg hem dit te verduidelijken.)

Nou, ik zal zien of ik het duidelijk kan maken.

De situatie die ik beschreef is als volgt. De piloot die zijn opleiding bij matige wind heeft gevolgd, gaat vliegen op een dag met harde wind. Wanneer hij aan het circuit voor de landing begint, merkt hij dat hij zijwind heeft in het rugwindbeen en, wat belangrijker is, rugwind op het dwarswindbeen.

Als hij nu draait van het dwarswindbeen op final, dan lijkt het alsof het toestel maar langzaam draait. Dat komt doordat de wind de fraaie turn vervormt, en uitrekt tot een veel ruimere bocht boven de grond.

Als de piloot probeert dezelfde bocht te vliegen als waaraan hij gewend is geraakt, komt hij sterk in de verleiding om teveel met zijn voet op het binnenroer te duwen om de bocht sneller te laten verlopen.

Ook al heeft hij wel analytische kennis van de regel dat hij dit niet moet doen, toch kan hij verre van ideaal reageren als hij zich teveel fixeert op zijn beoogde landingspunt.

Het is verstandiger om op het `piefje' Het piefje is een wollen draadje dat met een stuk plakband aan de buitenkant van de cockpit vastzit. Omdat het feilloos de stroomrichting van de lucht over de cockpit toont, is het een even simpel als belangrijk hulpmiddel om zuiver te leren vliegen. te letten dan te kijken naar hoe de grond eruit ziet. Als je de bocht door bent, zorg dan eerst dat je het piefje recht hebt en kijk daarna pas hoe de grond eruit ziet.

Wat er ook voor zorgt dat het circuit verandert, is de schijnbare beweging van de lagere vleugeltip ten opzichte van de grond. Bij een bocht op grote hoogte lijkt het alsof de tip achteruit beweegt ten opzichte van de grond. (Er is een woord, dat ik nu vergeten ben, voor de hoogte waarop deze vleugeltip ten opzichte van de grond stil lijkt te staan.) Op lagere hoogte lijkt het alsof de tip vooruit beweegt.

Aangezien men langere tijd op grotere hoogte verkeert, lijkt het ook normaal dat de tip achteruit beweegt. Wanneer een piloot onbewust ditzelfde gedrag op lagere hoogte wil forceren door teveel richtingsroer te geven, dan kan hij in een slippende vlucht raken.

Er zijn nog meer manieren waarop je ongemerkt verkeerd kunt vliegen. Zorg ervoor dat je goed rechtop zit in de cockpit. Als je iets uit het lood zit, wordt je idee van wat `vlak' vliegen is verkeerd beïnvloed.

Bij een sleepvlucht moet je soms vreemde dingen doen om het piefje recht te houden door de wervelingen van het sleepvliegtuig voor je. Maar net zoals de instrumenten die de hoogte aangeven, heeft het piefje vaker gelijk dan je hersens. Doe wat het je zegt.

Als je het piefje recht wil krijgen met het richtingsroer, maar je raakt daardoor in een bocht terwijl je dat niet wil, corrigeer dan niet met het roer maar met de rolroeren.